Het weerstandsvermogen is de verhouding tussen de weerstandscapaciteit en de risico's. De risico’s zijn geïnventariseerd en ingeschat, wat leidt tot aanpassing van de specifieke weerstandsreserve om het weerstandsvermogen op het gewenste peil te houden. De gemeente Deventer zal de financiële risico’s en ontwikkelingen continue en nauwlettend volgen. Waar mogelijk en noodzakelijk worden extra beheersmaatregelen genomen.
Uit de analyse in deze paragraaf blijkt een stijging van de risico's die de gemeente loopt. De specifieke weerstandsreserve wordt verhoogd waarmee de gestegen risico's opgevangen kunnen worden. Hiermee wordt het weerstandsvermogen op het gewenste niveau gebracht (ratio van minimaal 1) en voldoet daarmee aan de beleidsuitgangspunten van het risicomanagement in Deventer.
Ontwikkelingen
In totaal zijn er 51 risico’s die meewegen in het berekenen van het weerstandsvermogen, één meer dan in de jaarrekening 2022. Daarvan hebben 9 risico’s een risicoscore ≥ 9. Deze worden toegelicht in deze paragraaf.
In de grondexploitaties zijn de risico's voor bedrijventerreinen gestegen, door een nieuw risico op lagere opbrengsten Teugseweg. In de overige risico’s is het risico op de teruggave van BTW op sport opgevoerd, uit rechtszaken blijkt minder BTW subsidiabel is. Het risico op planschadevergoedingen voor het verplaatsten van de ligplaats van salonboten is komen te vervallen als gevolg van een rechtelijke uitspraak hierover.
De risico's zijn bij de jaarrekening 2022 en nu in de voorjaarsnota gestegen, ook ten opzichte van de meerjarige trend. Dit is af te lezen uit de volgende grafiek. Er is een stijging in de uitkomst uit het simulatiemodel, die weergeeft hoeveel reserve aangehouden moet worden om de gekwantificeerde risico's op te vangen. De stijging van de benodigde weerstandscapaciteit wordt ook veroorzaakt door de stijging in de minimumnorm (zie par. 8.1.5.4) voor het opvangen van overige risico's. Deze stijgt als gevolg van de hogere algemene uitkering uit het gemeentefonds.
Conclusies
Conform het bestuursakkoord beschikken we over voldoende weerstandsvermogen wanneer de uitkomst van de ratio minimaal 1 is. De risico's zijn gestegen, daarom wordt de specifieke weerstandsreserve verhoogd om de ratio naar de minimale score van 1 te brengen. Dit wordt bereikt door de specifieke weerstandsreserve te verhogen met €1.165.000. Hierdoor stijgt de beschikbare weerstandscapaciteit naar €19,2 miljoen.
Het weerstandsvermogen is de verhouding tussen de weerstandscapaciteit en de risico's. De weerstandscapaciteit wordt gevormd door de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken. Dit is hoofdzakelijk de specifieke weerstandsreserve. Alle significante risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en ten laste komen van de weerstandsreserve worden meegenomen in de analyse. Van elk risico (een gebeurtenis) wordt een analyse gemaakt met oorzaken, een kans van optreden en mogelijke gevolgen voor de gemeentelijke doelstellingen.
Het weerstandsvermogen is een belangrijk onderdeel van risicomanagement en zorgt ervoor dat Deventer financiële tegenvallers op kan vangen zonder dat dit invloed heeft op het uitvoeren van de programma’s. Deze paragraaf is opgesteld volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV), de beleidsnota Risicomanagement en Weerstandsvermogen (2015) en de beleidsnota Reserves en Voorzieningen (2018).
Een goed zicht op de aanwezige risico’s en het hebben van financiële buffers heeft verschillende voordelen. Ten eerste kan ervoor worden gezorgd dat incidentele tegenvallers op te vangen zijn zonder dat de gemeente meteen hoeft te bezuinigen, waardoor een continuïteit van de dienstverlening gewaarborgd is en het behalen van doelstellingen niet financieel gehinderd wordt. Daarnaast kunnen buffers dienen als een extra zekerheid om onvoorspelbare risico’s op te vangen, waarmee in het risicoprofiel niet of slechts gedeeltelijk rekening mee is gehouden.
Gemeente Deventer past voor het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit de Monte Carlo simulatietechniek toe, met een zekerheidspercentage van 90%. Boven op de uitkomst van het simulatiemodel rekent Deventer met een minimumnorm (2% omvang algemene uitkering + 2% OZB capaciteit). Dit is een extra opslag voor financiële tegenvallers die niet zijn opgenomen in de berekening
De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet-begrote kosten die onverwacht en substantieel zijn te dekken. Voor Deventer zijn dit de specifieke weerstandsreserve, de onbenutte (flexibele) begrotingsruimte, de onbenutte investeringsruimte, de onbenutte belastingcapaciteit en de stille reserves.
Meer informatie
Samenstelling
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Element | Onderdeel | Waarde |
Specifieke weerstandsreserve | 16.141 | |
Onbenutte begrotingsruimte | Post onvoorzien | 153 |
Stelpost structurele autonome ontwikkelingen | 1.725 | |
Stelpost accres algemene uitkering (gemeentefonds) | - | |
Onbenutte investeringsruimte | - | |
Onbenutte belastingcapaciteit | - | |
Stille reserves | - | |
Saldo weerstandscapaciteit 2023 | 18.019 |
Specifieke weerstandsreserve
De specifieke weerstandsreserve is bij het vaststellen van de jaarrekening verhoogd tot €16.141.000 waarmee de weerstandsratio met de risico’s die in de jaarrekening zijn opgenomen op 1 uitkomt.
Onbenutte (flexibele) begrotingsruimte
De onbenutte (flexibele) begrotingsruimte bestaat in Deventer uit de posten Onvoorzien, de stelpost Autonome ontwikkelingen en de stelpost Accres algemene uitkering (gemeentefonds). De stelpost accres algemene uitkering is in de begroting 2023 verlaagd naar nul waardoor deze niet meer meetelt in de onbenutte begrotingsruimte.
Onbenutte investeringsruimte, onbenutte belastingcapaciteit en stille reserves
Er is geen vrije investeringsruimte beschikbaar en ook de belastingcapaciteit wordt volledig benut (kostendekkend). Deventer kent een aantal stille reserves. De betreffende objecten zijn niet binnen 1 jaar te verkopen zonder een negatief effect op het bedrijfsproces. Dit betekent dat de waarde niet wordt meegenomen bij de omvang van de beschikbare weerstandscapaciteit.
De benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald op basis van een analyse van de risico’s die gemeente Deventer loopt vermeerderd met de minimumnorm. De risico’s met een risicoscore ≥ 9 worden hieronder nader toegelicht.
Meer informatie
Risicokaart
De aard van de risico’s worden weergegeven in een risicokaart. Hoe roder de kleur, hoe hoger de prioriteit voor de aanpak van het risico. De risico's worden in het volgende onderdeel toegelicht.
Gekwantificeerde risico's
Omgevingswet | Ruimtelijke ontwikkeling | ||||
---|---|---|---|---|---|
1. Risico op hogere lasten (dan begroot) bij de implementatie van de nieuwe Omgevingswet | 50% | 1.350.000 | 3-3 | 9 | |
1.350.000 | |||||
Wijtenhorst | Herstructurering en vastgoed | ||||
2. Risico dat de ontwikkeling van de driehoek Kolkmansweg niet door gaat. | 50% | 600.000 | 3-3 | 9 | |
600.000 | |||||
Sluiskwartier | Herstructurering en vastgoed | ||||
3. Risico op een lagere vraag maar woningen in het project Sluiskwartier. | 40% | 1.500.000 | 3-3 | 9 | |
1.500.000 | |||||
Bedrijvenpark A1 | Herstructurering en vastgoed | ||||
4. Risico vertraging als gevolg van (te late) beschikbaarheid van de netwerken van Enexis, vanwege transportcapaciteit. | 30% | 4.500.000 | 3-5 | 15 | |
5. Risico van een lager dan geraamde opbrengst bij de verkoop van de kavels. | 40% | 2.133.600 | 3-4 | 12 | |
6.633.600 | |||||
BUIG | Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | ||||
6. Het risico dat het macro budget BUIG dat het Rijk vaststeld niet toereikend is en/of het aantal clienten dat in Deventer een beroep doet op de bijstand hoger is dan het aantal waarop het Rijk het BUIG budget voor Deventer bepaalt. Het eigen risico bedraagt maximaal 10% van het BUIG-budget, dit is ongeveer €4,4 miljoen. Bedragen daarboven worden (onder voorwaarden) worden gecompenseerd door het Rijk. | 35% | 4.400.000 | 3-5 | 15 | |
4.400.000 | |||||
Sociaal Domein (3D's) | Meedoen/Jeugd | ||||
7. Risico op overschrijdingen Sociaal Domein door verschillende ontwikkelingen en gebeurtenissen. Actueel is het risico op Jeugdzorg in relatie tot de invoering van het woonplaatsbeginsel. | 70% | 700.000 | 4-3 | 12 | |
700.000 | |||||
Mimik | Kunst en cultuur | ||||
8. Risico dat rente op en aflossing van de verstrekte lening aan MIMIK niet wordt gerealiseerd. | 50% | 600.000 | 3-3 | 9 | |
600.000 |
Samenvatting
Samenvatting benodigde weerstandscapaciteit
Alle geïdentificeerde risico's bij elkaar hebben een maximale impact van ongeveer €45 miljoen. Dit is de basis voor de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit. Dit is een stijging van €1.165.000 ten opzichte van de jaarrekening 2022.
De geïdentificeerde risico's hebben een kans van optreden van gemiddeld 27%. Daarnaast houden we rekening met een zekerheidsfactor (toepassen simulatiemodel), dit houdt in dat we in 90% van alle simulatie-uitkomsten voldoende weerstandscapaciteit hebben. Het resultaat van deze berekening is een aan te houden weerstandscapaciteit voor deze risico's van €14,3 miljoen. Dit wordt verhoogd met de minimumnorm van €4,9 miljoen voor overige risico's waarmee de gewenste omvang van de benodigde weerstandscapaciteit uitkomt op €19,2 miljoen.
De minimumnorm en het simulatiemodel worden hierna toegelicht.
Minimumnorm
Voor 2023 is de minimumnorm als volgt bepaald:
(bedragen x €1 miljoen) | ||
---|---|---|
Bedragen begroting 2022 | Geraamd bedrag | Minimumnorm 2% |
Algemene uitkering (gemeentefonds)* in 2023 | 213 | 4,3 |
Verwachte OZB capaciteit 2023** | 30 | 0,6 |
Saldo | 243 | 4,9 |
*)exclusief integratie- en decentralisatie uitkeringen en inclusief inkomstenmaatstaven OZB, op basis van decembercirculaire 2022 | ||
**)begroting 2023-2026 zie paragraaf lokale heffingen |
Simulatiemodel
In het simulatiemodel wordt rekening gehouden met de mogelijke impact van een risico, de kans dat een risico zich voordoet en de kans dat ze tegelijkertijd voordoen. Dit wordt gesimuleerd in een model waarin de kans van de verschillende combinaties van uitkomsten worden berekend. Daarvoor wordt gebruik gemaakt van de Monte Carlo simulatiemethode.
Deze uitkomsten zijn te lezen in de volgende grafiek. In 90% van alle simulatie-uitkomsten volstaat een risicoreserve van €14,31 miljoen om de impact op te vangen.
De beschikbare weerstandscapaciteit moet minimaal gelijk zijn aan de benodigde weerstandscapaciteit om de risico’s op te kunnen vangen. Deze verhouding is de ratio weerstandsvermogen:
Ratio weerstandsvermogen = Beschikbare weerstandscapaciteit/ Benodigde weerstandscapaciteit
Beschikbare weerstandscapaciteit = €18.019.000
Benodigde weerstandscapaciteit = € 14.314.000 + €4.870.000 = €19.184.000
Ratio weerstandsvermogen = 0,94
De beschikbare weerstandscapaciteit is lager dan de benodigde weerstandscapaciteit. Dit betekent dat er onvoldoende weerstandsvermogen is om volledig de gevolgen van het optreden van risico’s financieel op te vangen. Daarvoor is het nodig de specifieke weerstandsreserve (vanuit de generieke weerstandsreserve) aan te vullen met € 1.165.000. Samen met de post onvoorzien en de stelpost structurele autonome ontwikkelingen is dit samen €19,2 miljoen, waarmee de ratio uitkomt op 1.
Naast de ingeschatte risico’s heeft Deventer ook te maken met algemene onzekerheden.
Onder andere:
- Algemene uitkering (onzekerheid verdeelsystematiek en soms sterk fluctuerende accressen);
- BTW/BCF (ontwikkelingen en plafond BCF);
- Vennootschapsbelasting
- Leegstand onroerende panden in eigendom;
- Restauratie monumentale panden;
- Financieringsrisico’s (rente- en kredietrisico’s);
- Garantstellingen (kans op aflossen krediet vanwege insolventie kredietnemer);
- Te ontvangen subsidies (kans op terugvordering door niet voldoen aan de subsidievoorwaarden).
Op basis van wat we nu weten, kunnen deze onzekerheden (risico’s) niet worden gekwantificeerd. Voor het opvangen van deze risico’s houdt Deventer middelen aan in de generieke weerstandsreserve. De omvang van de generieke weerstandsreserve is na verhoging van de specifieke weerstandsreserve in de jaarrekening €24,7 miljoen.
De financiële positie van de gemeente Deventer geeft geen aanleiding af te wijken van de continuïteitsveronderstelling. Deze veronderstelling heeft ook betrekking op de mate waarin Deventer zelfstandig en autonoom (financieel) beleid kan voeren en feit dat het risico op preventief provinciaal toezicht (artikel 12) zeer klein is. De continuïteitsveronderstelling is gebaseerd op de volgende constateringen:
- De gemeente heeft een structureel sluitende meerjarenbegroting en kent de afgelopen jaren positieve jaarrekeningresultaten.
- Voor gemeenten geldt een vrijwel onbegrensde leencapaciteit bij de BNG (en daardoor sprake van altijd aanwezige liquiditeit) waardoor er geen onzekerheid bestaat over de continuïteitsveronderstelling.
- De financiële positie van de gemeente is gezond, zoals blijkt uit de financiële kengetallen.
- De risico’s worden goed beheerst respectievelijk gemonitord door een actief risicomanagement toe te passen en er is sprake van een goed onderbouwde toereikende weerstandscapaciteit.